donderdag 8 april 2010

Al mare

‘Ga je mee naar zee”, vraagt vriendin. Ongeacht wat ze wil doen aan zee, voor een uitstapje ben ik altijd te porren. Ze wil naar een grote kwekerij voor plantjes. Voor olijfolie wil ze naar een ambachtelijk boertje.
Bij de kweker ben ik twee jaar geleden ook met haar geweest. Je komt er niet zomaar binnen.
Je moet de baas kennen en vrienden zijn van…. De baas is er niet en we worden dan ook weggestuurd door een strenge juffrouw. We krijgen nog net het telefoonnummer van de baas.
Op een terrasje met een cappuccino, in het zonnetje, belt vriendin de baas en in rap Italiaans, o kon ik het maar zo, legt ze uit wat we willen. Geen probleem, over een half uurtje is hij er.
Eenmaal binnen in de enorme kwekerij, waar ook de potjes lavendel worden gestikkerd voor Nederland (3 voor 5 euro), is het genieten van alle mooie kleurige plantjes, netjes gerangschikt buiten in de bedden of al op rekken of in de tunnel kassen. Om hebberig van te worden.
De baas maakt met ons een rondje en noteert de wensen. Lavendel, rozemarijn, bieslook, aubretia’s, lobelia’s, Spaanse Margrietjes, petunia’s en nog iets waar ik de naam vergeten ben. Aan het eind van de middag kunnen we alles ophalen.
Dan vervolgt vriendin de auto behendig door de bergen op zoek naar de olijfboer. Het prettige van op stap met haar is dat ik nooit hoef na te denken. Rijden we goed of niet, zij weet gewoon de weg en soms ook weer niet. We stoppen bij Colletta di Castelbianco, een gerestaureerde borgo met appartementen, zwembad en een restaurant. Een eldorado voor wandelaars. Het zit er heerlijk, glaasje witte wijn en verrukkelijke lunch. De lasagne met artisjokken is erg bijzonder. Ergens speelt iemand op een gitaar. Een heel mediterrane sfeer.
Dan vervolgen we de route op zoek naar de olijfboer. Net als ik er een hard hoofd in heb, ooit nog met olijfolie naar huis te gaan, roept vriendin: ‘gevonden’. Zijn huisje ligt idyllisch verscholen tussen de olijfbomen. In zijn keldertje staan vier grote vaten met goudgele olijfolie. De mensen weten hem toch wel te vinden, hij vertelt dat hij eind juni geen druppel meer heeft.
Wij zijn dan ook erg blij dat we de hand weten te leggen op een paar kannen van de allerbeste olijfolie van Liguria. Olie waarmee we straks weer de gerechten, die we voor de gasten bereiden, rijkelijk zullen besprenkelen. We krijgen nog heel lief een klein Coca Cola flesje olie mee om eens weg te geven. Een mooi gebaar, net zoiets als brood delen.
Bij de kweker staat de bestelling al op karren klaar. In het kantoor van de baas wordt alles uitgerekend op een kladje en het geld verdwijnt in de portemonnee van de baas. Daar houd ik van. Het is een heel gepuzzel om alle plantjes in de auto te krijgen. Met mijn voeten tussen de lavendel gestoken, o wat ruikt dat lekker, gaat het lukken.
Het was heerlijk en gezellig zo’n ‘dag aan zee’.

Geen opmerkingen: